Vandaag vijftig jaar geleden ‘wierp Lao She zich in de rivier’, zoals men het in China meestal zegt als men het over de sterfdag van de geliefde schrijver heeft. Op 24 augustus 1966, aan het begin van de Culturele Revolutie, verdronk Lao She, die we in de lage landen vooral kennen van zijn beroemde roman De riksjarenner, zich in het Taipingmeer in Peking.
Geheel opgehelderd zijn de omstandigheden van zijn dood niet. Voor velen is zijn zelfmoord een gevolg van de vernederingen en mishandelingen die veel intellectuelen tijdens die ‘bloedige augustus’ ondergingen. Sommigen beweren dat hij zou zijn bezweken aan het geweld van een hevige ‘strijdsessie’ bij de Confuciustempel, waarvoor hij die dag immers was gesommeerd. Alles wat zeker is, is dat hij de 24e ’s ochtends zijn huis verliet en de volgende dag in het water werd gevonden.
Op dezelfde dag vijftig jaar later ben ik gaan kijken naar de plek waar vroeger het Taipingmeer lag, net buiten de oude stadsmuur van Peking. Tegenwoordig is er een klein park, langs de oude stadsgracht. Geen herdenkingsteken te vinden, geen plakkaat of steen, maar een man die er waterkalligrafie aan het beoefenen was, maakte deze voor me, een tijdelijke.





Pingback: Verloren in vertaling | Aards maar bevlogen